Conclusies van de Raad Buitenlandse Zaken van de EU over bedrijven en mensenrechten: doortastender optreden nodig voor toegang tot de rechter - CIDSE
Persbericht
© Europese dienst voor extern optreden

Conclusies van de EU-Raad Buitenlandse Zaken over het bedrijfsleven en de mensenrechten: meer daadkrachtige maatregelen nodig voor toegang tot de rechter

© Europese dienst voor extern optreden

ECCJ, Action Aid en CIDSE verwelkomen de conclusies van de Raad Buitenlandse Zaken over bedrijven en mensenrechten, aangenomen op 20 juni 2016, en roepen op tot een snelle vertaling ervan in de praktijk.

Het Nederlandse voorzitterschap had zaken en mensenrechten als een van de hoofdprioriteiten voor zijn mandaat aangemerkt. De conclusies weerspiegelen het Nederlandse voorzitterschap en de erkenning door de EU-lidstaten dat de maatregelen die tot dusverre zijn genomen om ervoor te zorgen dat bedrijven de mensenrechten respecteren en aansprakelijk zijn voor schendingen, onvoldoende blijven.

We waarderen de bijzondere toezeggingen die zijn gedaan op het gebied van transparantie, bedrijfsverantwoordelijkheid om de mensenrechten te beschermen en toegang tot rechtsmiddelen. Er wordt ook aandacht besteed aan de goedkeuring van actieplannen op nationaal en Europees niveau, leren door intercollegiale toetsing en de noodzaak om te zorgen voor een betere beleidscoherentie, ook met betrekking tot de externe activiteiten van de EU.

De verwijzing in de conclusies naar de behoefte aan betere toegang tot de rechter voor slachtoffers van bedrijfsmisbruik zou het uitgangspunt moeten zijn voor een veel ambitieuzere routekaart voor de EU en de lidstaten om de juridische en praktische barrières voor slachtoffers aan te pakken.

De urgentie van actie op dit gebied is onlangs uiteengezet in de resultaten van de EU Roadmap Business and Human Rights Conference, gezamenlijk georganiseerd door de Nederlandse regering en maatschappelijke organisaties, op 11 mei 2016. Hoewel zowel de recente aanbeveling van de Raad van Europa inzake de mensenrechten en het bedrijfsleven als het VN-bureau van de Hoge Commissaris voor de mensenrechten deze belangrijke kwestie ook hebben erkend.

“Vrijwillige codes alleen zullen bedrijven niet verantwoordelijk maken; overheidsinterventies zijn essentieel in een gebied dat even belangrijk is als toegang tot de rechter ”, zegt Filip Gregor, lid van de ECCJ-stuurgroep. “In de conclusies wordt de Europese Commissie gevraagd om de kwestie van toegang tot rechtsmiddelen op wetgevend niveau aan te pakken. Dit is niet alleen van vitaal belang, maar ook urgent als we recht willen doen aan slachtoffers van misbruik over de hele wereld. "

De EU en de lidstaten moeten niet alleen zorgen voor effectieve toegang tot rechtsmiddelen, maar ook wetgeving aannemen om te eisen en te controleren dat bedrijven de mensenrechten respecteren tijdens hun wereldwijde activiteiten en due diligence op mensenrechtengebied uitvoeren om aan deze verplichting te voldoen.

In deze context is het vorige week bereikte politieke akkoord over de EU-verordening conflictmineralen een feit eerste beperkte stap in de goede richting, maar helaas ontslaat het de overgrote meerderheid van EU-bedrijven die handelen in mineralen van de verplichting om de nodige zorgvuldigheid te betrachten bij het importeren van mineralen uit hoge risico's en conflictgebieden. De tweejaarlijkse herzieningsclausule is dus van essentieel belang om de werkelijke voordelen ervan voor bevolkingsgroepen die in de buurt van mijngebieden worden mishandeld, te beoordelen en om de reikwijdte ervan te versterken.

Een sterker verband tussen de uitvoering van de VN-doelstellingen voor duurzame ontwikkeling en de UNGP's, zoals voorgesteld in de conclusies van de Raad, is welkom - maar niet voldoende geïsoleerd. Vrijwillige en niet-bindende initiatieven moeten worden ondersteund door robuuste verantwoordingsmechanismen en bindende regels voor iedereen.

In de conclusies wordt ook gewezen op de noodzaak om het internationale juridische kader verder te ontwikkelen. De EU moet dit in daden omzetten door middel van een constructieve deelname aan het VN-proces om een ​​juridisch bindend instrument voor het bedrijfsleven en mensenrechten te ontwikkelen, de mondiale mensenrechtenbescherming en maatschappelijk verantwoord ondernemen te verbeteren.

"Naast elke verklaring van goede bedoelingen en beloften om verbetering te zoeken, hebben we ambitieuze acties nodig die leiden tot effectieve resultaten", concludeert Filip Gregor. "In de 21st eeuw moeten bedrijven verantwoordelijk en verantwoordelijk zijn. De lidstaten en de EU zijn verplicht om voorwaarden te scheppen die dit mogelijk maken en de krachten te compenseren die een race naar de bodem drijven. "

Contact & meer informatie:
Valentina Pavarotti, CIDSE Media and Communications Officer: pavarotti@cidse.org

Noot voor journalisten:

CIDSE is een internationale familie van katholieke organisaties voor sociale rechtvaardigheid, die samenwerken om gerechtigheid te bevorderen, de kracht van wereldwijde solidariteit te benutten en transformationele verandering te creëren om armoede, ongelijkheden en bedreigingen voor het milieu zowel wereldwijd als lokaal te beëindigen.

Met 21-lidgroepen, die meer dan 250-organisaties uit 15-landen vertegenwoordigen, is de European Coalition for Corporate Justice (ECCJ) de enige Europese coalitie die Europese campagnes en nationale platforms van NGO's, vakbonden, consumentenorganisaties en academici samenbrengt om bedrijfsverantwoordelijkheid te bevorderen.

Action Aid is een internationale organisatie die samenwerkt met meer dan 15 miljoen mensen in 45-landen voor een wereld zonder armoede en onrecht.

 

-Persbericht ECCJ-aa-CIDSE-eu-raad-conclusies-reaction.pdf

Deel deze inhoud op sociale media